De Klare Taalbokaal 2022-2023 van de Rechtspraak is gisteren uitgereikt in de rechtbank Oost-Brabant. De prijs, ingesteld om te bevorderen dat rechters begrijpelijke taal gebruiken in hun uitspraken, ging deze keer naar kinderrechter Bianca Serno en gerechtsjurist Demy Beimans. Hun uitspraak over de omgangsregeling van een kind met zijn vader is kraakhelder en staat als een huis, vindt de jury (pdf, 387,9 KB). In de woordkeuze klinkt duidelijk door dat de rechter zich richt tot het kind, dat een brief naar de rechtbank stuurde.
Het kind van gescheiden ouders schreef de rechter dat hij niet meer – of nog maar en paar keer per jaar – naar zijn vader wilde omdat die vaak schreeuwde en hem kleineerde. De rechter wees dat verzoek af nadat een gesprek met de ouders en de Raad voor de Kinderbescherming duidelijk had gemaakt dat de relatie tussen vader en moeder heel slecht was. Als de moeder het kind wegbracht, belde ze aan en ging meteen weer in de auto zitten. ‘De rechter denkt dat de slechte relatie tussen zijn ouders het voor [X] heel moeilijk maakt om een fijn contact met zijn vader te hebben’, staat in de uitspraak. ‘De vader is daar ook heel gefrustreerd over, waardoor hij misschien sneller boos wordt.’
De oplossing zit volgens de rechter niet in het verbreken van contact – wat in het algemeen niet goed is voor kinderen – maar in het verbeteren van de relaties, vooral tussen de ouders. ‘Als er bij vader dingen gebeuren die niet fijn zijn dan moeten die uitgepraat worden, eventueel met een hulpverlener erbij. Wat ook heel belangrijk is, is dat [X] voelt dat hij het van zijn moeder fijn mag hebben bij zijn vader. Daar hoort bijvoorbeeld bij dat de moeder hem netjes bij de deur ophaalt en dat de ouders elkaar dan begroeten. De rechter hoopt dat het de ouders uiteindelijk zal lukken om op een normalere manier met elkaar om te gaan, want dat is het enige dat de situatie voor [X] op de lange termijn kan verbeteren.’
De jury vindt dat deze uitspraak de Klare Taalbokaal verdient omdat hij helemaal in begrijpelijke taal is geschreven, zonder dat de rechter en gerechtsjurist een betuttelende toon aanslaan of vervallen in jip-en-janneketaal met heel korte zinnen. Zij hebben een goede balans gevonden tussen zakelijkheid en lezergerichtheid en juridische termen worden meteen uitgelegd. De boodschap is daardoor voor het kind en de ouders heel duidelijk.
Het was gisteren de zesde keer dat de bokaal werd uitgereikt. Rechtspraakmedewerkers sturen daarvoor uitspraken in waarvan ze vinden dat ze uitblinken in duidelijkheid. Een telkens wisselende jury – dit jaar onder voorzitterschap van hoogleraar wetenschapscommunicatie Ionica Smeets – beoordeelt de genomineerde uitspraken op taalgebruik, opbouw en communicatieve kracht.
Burgers hebben recht op een uitspraak die ze kunnen begrijpen, schrijft de jury. En als beslissingen van rechters meteen duidelijk zijn, neemt het risico af dat ze verkeerd worden uitgelegd of niet worden geaccepteerd. De Rechtspraak wil transparant en toegankelijk zijn en zet zich al jaren in om begrijpelijk taalgebruik te bevorderen. Rechters en gerechtsjuristen, die van oudsher gewend zijn om hun oordeel zo te verwoorden dat juristen ermee uit de voeten kunnen, moeten daarvoor een flinke vertaalslag maken. Dat is veel werk, maar ook erg belangrijk, zeggen rechter Serno en gerechtsjurist Beimans. ‘Zeker als een kind zelf om een beslissing van de rechter vraagt. Dan is er al heel veel gebeurd en moet je echt duidelijk uitleggen waarom je het verzoek – zoals in dit geval – afwijst. Anders denkt het kind ook nog dat er niet naar hem is geluisterd.’ De rechtbank schrijft daarom standaard kindvriendelijke uitspraken in dergelijke zaken.